Gesprekken tussen veranderaars staan soms bol van kleine, agressieve verhaaltjes. Luister maar:
- “we gaan het nieuwe systeem over de afdelingen uitrollen”
- “deze themakrant moet de weerstand bij de werkvloer wegnemen”
- “medewerkers moeten het nieuwe denken nog tussen de oren krijgen”
- “unfreeze – change – freeze”.
Deze taal roept bewust of onbewust direct beelden op, bijvoorbeeld van:
- plat-asfalteren
- bommen- droppen
- hersens-opereren
- diepvrieseten-in-de-magnetron-zetten (en daarna weer in de diepvries)
Hoe voelt dat als je ‘onderwerp van de verandering’ bent? Krijg je er echt zin in?